Clublied

Clublied


Clublied van de Flitsclub:

Melodie van: Edith Piaff ( Milord)

Tekst van: Jellie Keuning (1975)

 

Wij hebben zoiets geks

wij hebben een zeilcomplex

als ik m'n vaantje zie

dan denk ik potverdrie

hoe moet dat zeil nu staan

om maar vooruit te gaan

Karel Lantermans grijpt in

en toch het riet weer in.

 

Refrein:

Het zeil, de schoten,

hoe zal het lopen?

De wedstrijdbaan oké,

kom op, olé

 

Ja, 20 man op één lijn,

onze start is weer piekfijn,

strijden boord aan boord

zoals het hoort.

 

Wij hebben zoiets geks

wij hebben een zeilcomplex

als ik m'n flitsje zie

dan denk ik potverdrie

hoe moet die mast nu staan

om snel vooruit te gaan

Menno Sappé grijpt in

en wij Langweer weer in.


Refrein

 

Wij hebben zoiets geks

wij hebben een flitscomplex

als ik m'n flits weer zie

dan denk ik potverdrie

oh laten we zeilen gaan

laat de flits niet binnen staan

helaas kan ik niet weg

want het is winter, wat een pech.

 

Refrein


 Wij hebben zoiets geks

wij hebben een bootcomplex

als ik mijn bootje zie

dan denk ik potverdrie

och laat het zomer zijn

dat vinden wij zo fijn

dan gaan we weer tekeer

met ons flitsje op het meer.

 

Refrein

 

Wij hebben zoiets geks

wij hebben een zeilcomplex

als ik het water zie

dan denk ik potverdrie

ach laat het weekend zijn

dat vinden wij zo fijn

want dan gaan wij tekeer

op een of ander meer.

 

Refrein